Gevaren van het reizen

5 maart 2016 - Quillacollo, Bolivia

De eerste dag in Bolivia, hadden we een oriënterend gesprek met de organisatie. Mocht je trouwens ook nog eens naar Bolivia willen om vrijwilligerswerk te doen, Sustainable Bolivia is the best. Ze hebben werk in alle soorten en maten, super begeleiding en het is absoluut niet duur. <einde reclame>

Hoe dan ook, daarin vertelden ze ons onder andere een aantal van de gewoontes van mensen. In de stad is het bijvoorbeeld normaal dat op het moment dat de vuilnisman komt, je het vuilnis naar buiten brengt. Nu rent papa ook nog wel eens op het laatste moment naar de brandgang om de container aan de straat te zetten, maar dit is anders. Terwijl ik rustig op de bank zat te werken, hoorde ik een soort van gerinkel, zoals iemand die met pannen in de keuken staat te klungelen. En niets was minder waar. Toen een minuut later de wagen bij ons voor reed, stond er inderdaad iemand op de achterkant van de wagen met een soort pannendeksel en een pollepel om aan te kondigen dat ze eraan kwamen. Handig systeem!

Hier is het iets minder spannend (een druk op de toeter), maar wij hebben weer andere dingen. Zoals verrassend grote spinnen op je handdoek vinden, en nee ik ben geen held met spinnen dus na mijn moed verzameld te hebben, heb ik de handdoek op de grond gegooid en ben ik erop gaan dansen. Daarna heb ik vijf minuten ernaar gekeken of hij nog bewoog en toen voorzichtig de dode spin en zijn losse poot met een papiertje in de prullenbak gebonjourd. En nee, ik heb er geen foto van. Ik vond hem in het halfdonker al angstaanjagend genoeg dus die hoef ik niet nog ergens op mijn computer rond te hebben zwerven. Verder is het uitzicht hier fantastisch. Eerder zei ik dat ik bij aankomst alleen een paar heuvels zag. Nu, ik keek de verkeerde kant op. Naar het westen liggen gigantische bergen, regelmatig uit het zicht genomen door de dikke regenwolken die erboven hangen. Ik voel me een beetje klein als ik door de smalle straatjes naar de hoge bergkammen kijk, maar ik heb ook heel veel zin om eens te kijken hoe echte bergen er nu uitzien. De reis straks naar Oruro, van 2500 naar ongeveer 3600 meter duurt ruim 4 uur, dus ik heb alle tijd om het uitzicht te bewonderen. Voor nu alleen nog maar kwijlen.

Wat ook bijzonder is, zijn de winkels hier. Veel vrouwen blijven thuis om op de kinderen te passen, dus ze hebben winkels aan huis waarin ze het noodzakelijke verkopen. Denk aan brood, koekjes en telefoonkaarten. Dat laatste is iets wat me steeds weer opvalt, mobiele telefoons zijn zo belangrijk in ontwikkelingslanden. Iedereen heeft er eentje en gebruikt hem hele dagen door. Het is een van de belangrijkste middelen van contact en ik denk een van de belangrijkste uitvindingen ooit. De winkels zijn trouwens niet meer dan een gat in de muur waar een stel tralies voor staat. Aan de linkerkant onderaan zit een groter gat waardoor de boodschappen kunnen worden aangegeven. Bij ons zit er eentje aan het einde van de oprit en volgens mij komt daar elke ochtend mijn brood vandaan. 

De cultuur in Bolivia is bijzonder. Hij is in zekere zin een beetje Spaans, de familie is erg belangrijk en eten ook. Aan de andere kant is hij heel anders omdat religie eigenlijk helemaal niet zo’n belangrijke rol speelt. Veel mensen zijn Christen of katholiek maar je hoeft op zondag geen grote optochten te verwachten en er wordt niet gebeden voor het eten. Ik ben benieuwd of dat straks in de bergen, waar de directe invloed van de Spaanse kolonisatie minder is, heel erg anders is. Godsdienst is trouwens wel een vak op school, maar ik weet niet precies wat dat inhoudt. Wat betreft eten is de lunch de belangrijkste maaltijd. ’s Ochtends is het een broodje met thee, ’s avonds ook en de lunch is waar het allemaal gebeurd. Meestal hebben we soep vooraf, weet je wel, waar die kippenpoten en andere stukken ontraceerbaar vlees in drijven die ik tot noch toe goed heb weten te vermijden. Daarna is het eigenlijk altijd rijst met aardappels en iets van vlees. Wij hebben er vaak ook iets van salade bij. Vorige week was echter bijzonder, want we aten een traditioneel Bolivaans gerecht dat beschreven werd als aardappels met vlees, chorizo en ei. Daarnaast was wat salade en er was verder veel mosterd en mayonaise. En hoe spannend ik het ook wil maken, dat was ook echt wat het was. Ik heb er echt van gesmuld, gebakken aardappels met heerlijk mals rundvlees in een lekkere soort van jus. Als toetje hebben we meestal gewoon thee of koffie, maar soms is er ook fruit. Boliviaanse perziken, erg lekker al zijn ze heel hard. Maar nu was het echt feest, want we hadden cactusfruit. Grote paarsachtige vruchten met een heel bijzondere smaak. Beetje zoetig maar vooral heel waterig. Ze vallen zo uit elkaar en het deed me eigenlijk denken aan een half gesmolten waterijsje of een slurrie. Erg lekker, al was het alleen maar omdat ze er zo kleurrijk uitzagen en ik het geprobeerd wilde hebben. 

Of het ter ere van wat was weet ik niet, maar de neef van Jackeline was er ook met zijn zoon, een volle tafel dus met zo’n 10 man. Grappig is dat dan toch de vraag naar boven komt of ik getrouwd ben, wat ik doe en of ik een vriend heb. Daarvoor was de discussie over zijn zoon die nog geen vrouw/vriendin had, maar gelukkig werden gênante momenten mij bespaard en is hij zonder verdere discussie vertrokken. Het was ook de eerste persoon die, naast Jackeline, een beetje Engels sprak. Ik ben er nogal van om alles in het Spaans te doen, zeker omdat ik dat ook moet leren. Maar het is fijn om af en toe lekker vlot te kunnen praten in het Engels of het Nederlands, zoals met de andere vrijwilligers. Gevaar is wel dat ik dan weer te snel praat, want de kennis van het Engels van deze mensen is natuurlijk net zo goed als mijn kennis van het Spaans, maar goed. 

Verder gaat hier alles zoals het gaat. Het ene moment worden er plannen gemaakt en het volgende moment is het weer compleet anders. En gisteren kwam ik erachter dat ook de mensen hier dat wel eens verwarrend vinden. We gingen voor de lunch met de familie uit eten in een restaurant in de stad. Ik mocht met oma meerijden die volgens mij wel de fijnste en mooiste auto van iedereen hier had. De krulspelden hingen nog in het haar en die werden ergens voor een rood licht er snel uitgetrokken. Ook had ze er geen enkele moeite mee om met haar vers gelakte nagels (volgens mij is het elke dag iets anders) hard op de toeter te drukken. Ten eerste, om kwart over 12 weg gaan is geen aanrader hier. Iedereen is dan van het werk weer op weg naar huis voor de lunch. Want de lunch is hier een familieaangelegenheid. We komen aan bij een restaurantje aan de buitenkant van de stad, waar oma stevig mijn arm pakt als we ons tussen de auto’s door een weg banen over de drukke weg. Er is nog niemand in het restaurant. Tenminste er zitten genoeg mensen in Casa del Campo, maar niemand die we kennen. We gaan aan een tafel achterin zitten en bestellen een kan limonade. Ondertussen vertelt ze over de inrichting van het restaurant die is zoals in de Andes. Wellicht dat jullie de Andes van Peru kennen, dat is dus hetzelfde. Er loopt dan wel een landsgrens doorheen, maar behalve dat het eten aan de kant van Peru iets gevarieerder is, is het in principe hetzelfde. Ik zit net te overwegen of ik wellicht eens een keer vis zou nemen, is weer eens wat anders als de eeuwige kip, als de telefoon gaat. Jackeline, we moesten dus in een ander restaurant zijn. Natuurlijk komt net de kan limonade eraan. Dus inschenken die glazen, leegdrinken en ondertussen komt oma erachter dat ze niet genoeg geld heeft. Gelukkig heb ik nog net op tijd een briefje bij mijn telefoon gestopt en ik besluit op de kan limonade te trakteren, hij kost wel 2 euro… 10 minuten later zijn we met de auto een stukje verder gereden en vinden we eindelijk de familie. Een lange tafel waar het bier en de limonade al koud staat. Het eten is al besteld, vis voor mij want dat wilde ik toch? Ach ja, waarom niet. Ik had het er laatst met een van de ouders over gehad en hij drukte mij op het hart eens vis te proberen en nu leek me wel een goed moment om dat te doen. En het was heerlijk. Net zoals ik in Costa Rica stond te springen als er vis op het menu stond, was ik ook over dit stukje lekker vlees in de wolken. Voor de mensen die het niet weten, dat is best bijzonder voor mij. Want ik mag dan wel een Zeeuw zijn, maar vis gaat er eigenlijk nooit in. Nu heb ik afgelopen zomer op mijn werk in de horeca wel geleerd om vis meer te waarderen, en thuis staat er inmiddels ook regelmatig een stukje zalm uit de stomer op het menu. Maar favoriet zal het in Nederland nooit worden, in Zuid-Amerika daarentegen... 

Toch is het oppassen hier met het eten. Ik ben een van de weinige vrijwilligers die nog niet (echt) ziek is geworden. Gelukkig. Vanavond had ik het daar nog over met Jackeline. Straks ga ik natuurlijk naar een andere situatie en ik voel de bui al hangen. Het advies is eigenlijk niet anders dan in andere landen, alleen een beetje extra streng. Kortom alle groenten die je eet goed koken. Geen water uit de kraan drinken (en ijsklontjes enzo) en zoveel mogelijk binnenshuis eten omdat je dan weet wat je voorgeschoteld krijgt. Groenten alleen heel en rauw eten als je ze goed schoon kan maken, zoals tomaten, en niet de wortels en aardbeien die in hun groeven en putjes heel veel vieze dingen hebben zitten. En de ergsten zitten in sla, dus ik heb besloten dat ik daar ook nog best twee maanden zonder kan. Het enige punt is wel dat ik hier op de boerderij altijd heel gezond eet. Geen pakjes en alle groenten komen direct van de farmer’s market. De boeren op die markt hebben tevens hun velden op een plek waar ze het water uit de bergen gebruiken om hun gewassen te irrigeren. In de stad ligt dat anders, de markt daar ligt meer naar het zuiden waardoor daar de boeren komen die hun land irrigeren met water uit de rivier, iets dat hier sterk verontreinigd is. Ach ja, ik ben van de week nog even voor de zekerheid een prik tegen buiktyfus gaan halen. Want hoewel het vaccinatiecentrum mij had overtuigd dat het niet noodzakelijk was voor Bolivia, waarschuwde de dokter Jackeline dat van de 10 mensen 5 tyfus krijgen en de soort die ze hier hebben is ook nog eens redelijk resistent tegen de antibiotica. Gelukkig kun je ook vaccinaties hier gewoon bij de apotheek verkrijgen. Iets meer dan 30 euro, dan een deurtje verder waar je wederom mag wachten op je beurt. Plastic eraf, alcohol doekje over je huid en hup de naald erin. Netjes bijgewerkt in mijn boekje en ik heb weer 70% minder kans om antibiotica te moeten slikken voor de komende drie jaar. Dat is nog extra belangrijk omdat ze eigenlijk alleen kunnen vaststellen of je tyfus hebt door een bloedtest te doen. En naar mijn ervaringen met Sanquin voor bloeddonatie weet ik dat de aders in allebei mijn armen achter pezen liggen. Dus met dikke naalden is het geen pretje als je bloed uit mijn arm wilt halen. De keuze voor een dunne naald in een min of meer willekeurige spier was dus snel gemaakt. 

Nu ik bijna een maand in Bolivia ben, weet ik wel één ding heel zeker. Ik ga deze plek ongelooflijk missen. Ik heb eigenlijk nooit heimwee gehad naar Nederland, niet toen ik in Mongolië al anderhalve week niet gedoucht had, niet toen ik in Costa Rica lek was gestoken door de muggen, vliegen en teken en niet nu. Ik weet dat ik ’s ochtends meestal geen water heb. Internet doet het van 15:00h tot ongeveer 23:00h als ik geluk heb, en af en toe dan zit ik een hele dag op de wc omdat er iets verkeerd is gevallen. Maar als ik straks in Nederland ben, wil ik terug. Zoals ik al drie jaar heimelijk terug verlang naar een douche met een gieter en een stukje gefrituurd brood of zelfs een beker warme melk (dat ik anders echt niet moet hebben) en het verse fruit uit Costa Rica. Het gevaar van reizen is niet op reis gaan, het is thuiskomen. Want je weet dat je nooit meer dezelfde persoon gaat zijn, dat je anders denkt over zoveel dingen en ook dat wat je hebt gedaan, je nooit meer nog een keer kan doen. En dan zit er maar 1 ding op, je herinneren hoe het was en leven in het moment. <einde filosofische overdenkingen>.

5 Reacties

  1. Caro:
    6 maart 2016
    Wat heerlijk weer om te lezen en ook de foto's bekeken! Leuk, die maken je verhalen nog meer helder en visueel
  2. Jan en marjo:
    6 maart 2016
    Hoi Lara,
    Weer een super leuk verhaal wij hebben wel gelachen hoe jij met die spin omgaat, zag het helemaal voor me hoe je stond te springen op die handdoek.
    groetjes Jan en Marjo
  3. Poppe en Gerrieke:
    6 maart 2016
    We hebben weer genoten van je verslag!
    Benieuwd hoe het in de bergen gaat
    Groet vanaf de heuvel!
    Gerrieke en Poppe
  4. Anne-Marie:
    6 maart 2016
    Hey Lara,
    Wat een heerlijk verhaal weer. Hilarisch, die spinnendans van jou, en ik zie het helemaal voor me zoals je met Oma het verkeerde restaurant in loopt en dan ook nog de limonade mag betalen.

    (Je 1e communication-blog vond ik overigens heel interessant!)
  5. Broer:
    7 maart 2016
    Boa Tarde Lara.Prachtig.Ik zie mezelf weer tussen de mensen in Brasil.Het blijft heel je leven aktief. Als ik die CVA niet gehad had dan zat ik daar nog.Interressant;eenmaal weer in Brasiel zoals vorig jaar,denk je nietmeer aan nederland. Geniet er van.Je schrijft goed.Het beste en tot de volgende keer. Gegroet Broer.