Wat een gereis

4 april 2016 - Tarija, Bolivia

Zoals sommigen misschien al hebben gezien, heb ik de kaart (zie boven in het menu) helemaal bijgewerkt met wanneer ik van plan ben waar naartoe te gaan. En dat zijn niet alleen plaatsen voor onderzoek want vanaf nu ga ik vooral ook naar plekken die leuk zijn voor toeristen, dus ik ga het er tussendoor lekker van nemen. Je kunt natuurlijk niet terugkomen zonder de grootste attracties van het land te hebben gezien.

De laatste dagen in Oruro waren heerlijk. De laatste avond werd ik opeens uitgenodigd om bij Sigrid en Enrique te komen eten, lekkere pasta met een wijntje en vooral gezellig gekletst. De laatste dag op kantoor verliep eigenlijk overal behalve op kantoor. Norman, de contactpersoon in Tarija, had een plekje voor mij gereserveerd in de bus, maar ik moest natuurlijk nog wel mijn kaartje gaan ophalen en betalen. Liefst van tevoren. Dus stond ik braaf om 9:15 voor het loket, niemand. 9:30, 9:45, 10:00 en nog steeds niemand. De buurvrouw zei op een gegeven moment dat ze op een vergadering was. Nou lekker dan. Telefoon nam ze ook niet op, maar net toen ik besloot weg te gaan, kwam ze binnen. Een bijzonder aardige vrouw en met twee minuten was het geregeld. Voor 10 euro word ik het halve land door gereden in de nacht. Daarna naar migratie voor mijn visum waar het ook niet mee zat. Na 20 minuten te hebben gewacht, moest ik alsnog ’s middags terugkomen. Dus dan maar naar kantoor met wat drinken en lekkers. Nog een mooie tas gekregen als aandenken, op de valreep de laatste mailtjes verstuurd en op naar het ritueel van de tas inpakken. Dat wordt gelukkig steeds minder omvangrijk omdat een heleboel kleren achterblijven. En de spijkerbroek waarvan het kruis inmiddels rond mijn knieën hangt, is de eerste. Ik moest wel lachen bij de migratie in Oruro. Twee dingen, ik kan eigenlijk nog ruim anderhalve week met mijn visum rondlopen, maar het kantoor is hier anderhalf blok vandaan dus dat is net zo makkelijk even in Oruro geregeld. En ten tweede komen er dus niet veel toeristen in Oruro. Ik heb laatst twee Duitsers van het plein opgepikt en geholpen met inchecken voor 1 nacht omdat ze geen Spaans spraken. Maar dat zijn alleen mensen die de trein naar Uyuni pakken de volgende dag. Hoe dan ook ik werd dus in een kantoortje afgezet door een aardige vrouw waar twee norse agenten zaten en een te erge nerd. Ze waren het niet eens met wat de douane in Santa Cruz in mijn paspoort had gedaan (geschreven ipv gestempeld) en ze vonden het volgens mij sowieso maar vaag. Maar goed na de vraag waar ik verbleef kreeg ik een mooie nieuwe blauwe stempel in mijn paspoort en de visum en mag ik mama teleurstellen dat ik niet eerder naar huis moet komen. 

De bus was het laatste maar zeker niet het minste avontuur van Oruro. Nadat we eindelijk een taxi te pakken hadden gekregen in de residencia en deze taxi uiteindelijk ook de goede plek wist te vinden, kon ik op weg. Ironisch genoeg door de regen, net als mijn eerste dag op het werk in Oruro. Het is 10 minuten rijden maar de chauffeur heeft mij volgens mij de hele stad nog een keertje laten zien, van Virgen, tot kerk en vuurtoren. Ik vind het best. Op het busstation, dat gelukkig een bijzonder plezierige plek is, moest ik nog een kaartje kopen om gebruik te maken van het perron, wat natuurlijk moet als je de bus in wilt stappen, 1,5 Bs, ach vooruit dan maar weer. En dan is het wachten tot 10 voor 5 als we mogen instappen. De bagage moet onderin. Niemand snapt waarom want het ruim zit vol met dozen vol fietsen, wasmachines en andere spullen die breekbaar zijn maar als een stel laken erin worden gepropt. En boven zitten misschien 10 mensen. Eerlijk is eerlijk, de bus naar Oruro was comfortabeler, maar goed. Het is een reis van zo’n 12 uur. We stoppen nauwelijks, rijden af en toe in een noodvaart door en kunnen maar kort van het uitzicht genieten omdat het snel donker is. Maar dat mag de pret niet drukken, want door het raam heen hebben we een prachtig uitzicht op de schitterende sterrenhemel zonder ook maar enige lichtvervuiling. Een uur van Tarija vandaan stuiten we nog op een wegblokkade maar godzijdank kunnen we daar na 5 minuten wachten ook langs. Ik slaap niet, en bij gebrek aan licht luister ik maar naar een aantal luisterboeken en muziek en rol ik mijn nieuw gekochte wol netjes op bolletjes, want dat snappen ze hier nog niet. Ik bel Norman als we er bijna zijn, die man staat gewoon braaf vanaf 5 uur klaar om mij van het station op te halen, drie passen te lopen naar het residencia en hoi te zeggen. Lief he! Eenmaal in Tarija is het landschap veranderd. Er zijn weer bomen, het is groen en het ruikt naar warm weer. Komt u maar! 

De bagage uit de bus krijgen is nog een ander verhaal. Omdat ze na onze tassen nog allerlei spullen erin hebben gestouwd moeten die er eerst uit. Maar die kunnen er eigenlijk pas uit als de bus aan de beurt is, en ‘er zijn nog twee wachtenden voor u’. Gelukkig wordt iedereen heel boos en met een half uur hebben we zelfs mijn tas ergens uit een hoekje gepeuterd met hulp van zaklampen. Het residencia ligt aan het plein van de bussen. Mijn Spaans is tot beneden nul gezakt en ik wil eigenlijk gewoon naar bed. De kamer is klein en ik hoef net niet in de wc te staan voor de douche maar ja. Dit is een toeristenstad, het is maar voor een kleine anderhalve week en dan gaan we lekker luxe. En des te meer reden om een mooi plekje buiten te vinden om te werken. Na een douche komt van slapen helaas weinig. De bussen maken kabaal, het is licht en eigenlijk ben ik helemaal niet moe meer. Aan de slag met school dus, op het balkon in mijn korte broek. Totdat Norman mij om 11 uur op komt halen. Die trouwens laat weten dat hij 15 minuten later is en is daarmee de eerste Boliviaan die dat heeft gedaan.

Eerst het hostel betalen, want dat moet je hier dus vooraf doen. Norman heeft al tot vandaag 12 uur in de middag moeten betalen en nu moet ik dus weer tot morgen betalen. Vreemd systeem, maar goed. Nadat dat is geregeld vraagt hij of ik mee wil naar college, hij gaat computerles geven aan een groep meisjes. Dit is een ander project van Ayni, TIC mujeres. Waarbij meisjes leren om te gaan met een computer, en niet alleen in de zin van weten hoe Word werkt, maar ook hoe je een computer correct in en uit elkaar haalt. Dus is het ondanks mijn vermoeidheid ook nog eens een leerzame middag. Want ik weet nu wel iets meer van de computer dan voorheen. De meisjes zijn heel gezellig en hebben erg veel plezier in de les, leuk om te zien. Al is de les wel net zo’n grote chaos als ik op andere scholen heb gezien. Leerlingen lopen in en uit, eten, drinken en zijn met andere dingen bezig. De mobieljes die aan het begin van de les zijn ingeleverd eindigen eerder dan de les klaar is weer in de handen van de leerlingen. Maar ze leren wel, denken mee en zijn druk bezig met het in elkaar zetten en uit elkaar halen van computers. Van een van de meiden krijg ik nog een appeltje en dat smaakt best zo na ruim 24 uur met brood en koekjes, of eigenlijk bijna geen eten. Dat was nog het ergste trouwens in de bus, er was geen toilet. Dus hoeveel dorst ik ook had, zoveel kon ik niet drinken want dan moest ik weer plassen. Maar niet veel kunnen drinken, dan doe je er goed aan om ook niet teveel te eten waar je dus weer dorst van krijgt. 

Na de les, rond half 4 kijken we of we nog ergens iets te eten kunnen krijgen. Het wordt een hele grote kip met pikante saus, rijst en gedroogde aardappel. Het smaakt heerlijk, al is het wel duur in vergelijking met Oruro. Een glaasje vers perziksap erbij en leuk gezelschap en vooruit het is best gezellig. Tarija is heel anders dan Oruro, het is uitgestrekter, groener en vooral heel veel warmer. Dat vergt even wat aanpassing, ook in het eten. Hier eten ze dus weer ’s avonds de grote maaltijd. Heerlijk verwarrend! Daarna naar kantoor, dat wil zeggen drie tafels in een kleine witte ruimte, maar er is internet. Ik verstuur en beantwoord wat laatste mailtjes en dan geef ik het op en ga ik naar bed. Fles water mee, douchen en in de snikkende hitte (lees 32 graden) zak ik weg naar dromenland, ondersteund door het geronk van motoren en een incidenteel vliegtuig.

De volgende dag is het vroeg op. Om 8 uur staat Norman voor de deur. Tijd voor een excursie! Met een aantal meiden van zijn project TIC mujeres gaan we een dagje op pad. Eerst naar een dorpje in het zuiden waar een leuke rivier is en waar we een beetje wandelen en foto’s maken. Daarna halen we nummer drie op, want die had nog les vanochtend, en gaan we door. Omdat er in deze periode veel lessen uitvallen in verband met feestdagen enzo, krijgen ze niet altijd de lesstof af en dus gaan ze op zaterdag door. We rijden naar een rivier een 40 minuten van de stad. En hoewel het water laag staat, kunnen we toch een beetje zwemmen en doen. Het water is fris, maar niet ijskoud, gelukkig. De meiden kunnen eigenlijk niet zwemmen of zijn net begonnen met de eerste peddellesjes (ze zijn 15, 16 en 17 jaar oud) dus vragen ze of ik zwemles wil geven. Ja hoor, maar dat is nog niet zo makkelijk in het Spaans. Uiteindelijk gaat het redelijk en in ieder geval heeft iedereen er plezier in. Daarnaast krijgt meneer aap een wasbeurt. Norman is gek van apen en er liggen vijf of zes apenknuffels in zijn auto. De paarse is de klos en krijgt eerst een wasbeurt incluis shampoo en wordt daarna op een steen achter gelaten om te drogen. Nadat iedereen weer droog en aangekleed is, en de meiden hun haar hebben gedaan en gepast lang in de geïmproviseerde kleedkamer van rotsen en bomen zijn gebleven gaan we op zoek naar eten. Het wordt een tentje langs de kant van de weg waar ik milanesa eet. Silpancho maar dan gefrituurd ofzo. En daarbij een veel te zoete frisdrank, ik raad Pelón af als je niet zo’n verschrikkelijke zoetekauw bent… Maar het eten is lekker, zeker de pannenkoekjes van maïs die we daarna aan de overkant van de straat halen. En natuurlijk gaan er een paar meevoor onderweg. ’s Middags gaan we naar represa San Jacinto, een groot meer waar we een rondje over heen varen. Degene die roeit is een oude man met en knaller van een ei op zijn wang en hij roeit meer lucht dan water, maar behalve ik lijkt niemand daar mee te zitten. Laatste stop is een uitkijkpunt op het vliegveld. Dat is vlak bij de stad en mijn residencia want als de vliegtuigen hier over vliegen, gelukkig niet zoveel als in Cochabamba, dan kan ik de hoofdjes achter de ramen tellen. Het uitkijkpunt is niet zo spannend maar we hebben geluk dat er net een vliegtuig opstijgt, al gaat hij wel erg op het gemakje de startbaan over. De meiden hebben ondertussen de grootste lol in het speeltuintje en als je terug beneden komen, zitten ze met vier andere kinderen spelletjes te spelen onder de schommel. Terug in het hostel kijk ik nog wat tv en bedenk ik heel hard wat ik morgen eens ga doen.

Niets dus, de stad is uitgestorven. ’s ochtends vind ik een plekje waar ik gefrituurd brood kan kopen, de slechte erfenis van Mongolië maar o zo lekker. En daarna slenter ik wat door de stad en maak ik op plaza principal mijn huiswerk. Vind uiteindelijk een markt met drie kraampjes, ga eten bij hetzelfde restaurant als vrijdag omdat dat de enige is die open is en om 3 uur zit ik weer achter mijn computer op mijn bed. Nee, Oruro was interessanter. In het weekend gaan alle mensen hier naar het platteland en dus is er niets te beleven. Nou, hopen dat morgen wat interessanter wordt… Gelukkig ben ik volgend weekend alweer de hort op en hoef ik niet meer te verzinnen hoe ik mezelf dan bezig ga houden.

Foto’s

3 Reacties

  1. Anne-Marie:
    5 april 2016
    Hey Lara,
    Ik heb weer genoten van je avonturen en ik zie aan de kaart dat je de komende maand nog veel mooie reisplannen hebt. Veel plezier, ik kijk uit naar je schrijfsels!
  2. Broer:
    5 april 2016
    Hoi Lara
    Van hier af op de kaart kijkend,lijkt het allemaal dicht bij.maar erin zittend zoals jij doet,zijn het afstanden van vele kms.En hoe.Nemen zoals het komt. Je maakt er een avondtuur van,anders val het tegen.Maar zo leer je veelvan de gewoonte van het volk.Geniet en leer ervan. Fijn om te lezen.Vele groeten en eenmaal in Ned.kunnen er nog veel ove3rpraten met je vader en moeder er bij. Abraço Broer
  3. Oma en Opa van Damme:
    6 april 2016
    Hoi Lara. De busreis is weer goed verlopen maar wel een hele zit het zijn nogal afstanden zo te lezen hoe zijn de wegen slecht zeker. wat heb je mooie foto's zijn heel
    leuk daar zijn ook knappe meiden zo te zien ze zijn wel vrolijke dames om te zien,
    maar je mag er ook wezen hoor!. geniet nog van alles dat je daar nog ook zwemles heeft mee genomen . met vele groetjes van ons en een dikke knuffel Oma en Opa.